Ik lig op een matje in de sportschool als er een groepje van vijf personen binnenkomt. Drie mannen en twee vrouwen, ik schat ze rond de 60. Terwijl ik aan het rekken en strekken ben, hoor ik 1 van de mannen zeggen (Let op: deze conversatie vindt plaats met een plat Amsterdam accent, dat vind ik toch wel leuk om te benoemen.) :
‘Jaja, morgen is het weekend weer voorbij he. Dan moeten we weer naar werk.’
‘Naar werk moeten’, gaat er door mijn hoofd heen. Nu vind ik ‘moeten’ sowieso niet zo’n leuk woord. Ik probeer er verder geen aandacht aan te besteden en ga verder met het stretchen van mijn linkerbeen. Dan hoor ik hem zeggen: ‘Ik moet nog maar een jaar! Een jaar!’ Waarop een vrouw reageert: ‘Ik nog 6 jaar en drie maanden’. Waarop weer een andere man reageert: ‘Hu maar hoe oud ben jij dan?’
In de volgende minuut vertelt iedereen hoe lang hij of zij nog ‘moet’ voordat ze met pensioen gaan en hoe ze dit kunnen veranderen om zo nog korter te ‘moeten’.
Ik heb de neiging om naar ze toe te lopen, maar ik doe het niet.
‘Wat vind ik hier nu van?’, gaat er door me heen. Eigenlijk een beetje zielig of… zich niet bewust van het leven? Ik kom er niet uit.
Moeten, moeten… het dwaalt nog even door mijn hoofd. En wat als die vrouw nu 1 maand voor haar pensioen doodgaat, worst case scenario? Dan heb je dus weet ik veel hoe lang gewacht op je pensioen, dat je uiteindelijk niet hebt gehaald.
En wat ga je doen als je met pensioen bent?
Ga je dan opeens wel je dromen volgen? Drastisch anders leven?
Natuurlijk mag ik me hier niet mee bemoeien en dat doe ik uiteindelijk ook niet. Toch wil ik hierover iets kwijt: Leef alsjeblieft in het nu, doe wat je leuk vindt. Het leven is zo kort. En ga zeker niet wachten tot je pensioen.
Natuurlijk zijn er altijd mooie dingen om naar uit te kijken.
Maar misschien is het een goed idee om ook werk te doen dat je leuk vindt. Waar je je bed voor uit WIL komen, niet MOET komen. Het niet eens werk hoeven noemen, maar een hobby waarmee je geld verdient. Nu weet ik ook wel dat onze generatie – oh wat klinkt dat suf – een stuk makkelijker te praten heeft. Misschien heb ik het ook niet over generatie maar over mezelf. Want ik weet heel goed wat ik leuk vind. En dat is onder andere schrijven. Iets waar ik geld mee kan verdienen – lucky me -. Ik besef me heel goed dat dit niet voor iedereen geldt. Maar dat pensioen, daar kijk ik zeker nog niet naar uit. Geen flauw idee of zoiets dan nog bestaat. Er zijn nog zoveel dingen die ik wil doen naast schrijven. En dat ga ik niet pas doen over 50 jaar…