Kort geleden kon je lezen welke gevechten ik met mijn lenzen heb doorstaan. Het zijn nog steeds niet mijn beste vrienden, maar ik leer ze steeds beter kennen.
Hieraan vooraf ging de ontdekking van de slechte ogen. Dit kwam doordat Hij en ik een weekendje weg gingen en Hij van veraf allemaal teksten kon lezen die ik helemaal niet kon lezen. ‘Hoe weet jij dat dit de goede trein is dan?’, zei ik toen hij vertelde dat we echt op dit spoor moesten zijn na een omleiding van NS. ‘Dat staat daar, zie je dat niet?’
‘Uhw, nee.’
‘Dan moet je toch even je ogen laten testen hoor.’
‘Mwaa nee, dan doe ik mijn bril wel op die ik nu heb.’
‘Die doe je nooit op… sinds wanneer heb je die bril eigenlijk?’
‘Uhm, 2010, 2011..?’
‘Dat is best lang geleden…’
‘Mja, misschien moet ik ze toch maar eens testen… als ik tijd heb.’
Het weekend van deze ontdekking resulteerde in allemaal test die Hij afnam met Anouk.
Hij: ‘Zie je wat daar staat?’ Hij wijst naar de muur van het restaurant.
Anouk: ‘Ja’, en ik lees het menu op dat op de muur staat met krijt.
Hij: ‘En dit?’, Hij wijst naar een poster met kleinere letters, wat verder van ons af.
Anouk: ‘Uhm… nee dat zie ik niet.’
En Hij leest voor wat er staat.
‘Oja, nu je het zegt kan ik het wel een beetje herkennen, maar zullen we nu ophouden met dit spelletje. Plieeeeese? Ik ga wel naar de brillendokter oke!’
Na dit weekend zat ik zo’n twee maanden in de ontkenningsfase. In mijn agenda zette ik iedere week dat ik langs een brillendokter moest. Voor een bril. Of lenzen.
Uiteindelijk besloot ik om met lenzen te beginnen.
Maar omdat ik nogal droge ogen krijg van deze liefjes (ik noem ze liefjes in plaats van krengen want als ze me horen, willen ze morgen misschien niet meewerken…). Dus het leek me ook wel een goed plan om voor ’s avonds – en als ik geen zin heb in mijn liefjes – mijn bril op te zetten. Een nieuwe bril dus met dezelfde sterkte als mijn lenzen.
Via internet kon ik hartstikke handig een afspraak maken en na een paar dagen was het zover. Hij was nog even een ritje op de motor maken en ik vroeg of Hij 17.30 bij de brillendokter wilde zijn voor mijn afspraak zodat we samen even konden kijken. Om 17.30 liep ik de winkel binnen en keek even rond voor wat brillen. Al snel liep ik naar een medewerker om door te geven dat ik een afspraak had. Ik noemde mijn naam maar hij zei dat ik niet in het systeem stond.
‘Misschien een andere winkel van ons?’
Ik keek op mijn telefoon en liet het zien: ‘Nee ik heb een afspraak hier.’
Hij gaf mijn telefoon terug en zei: ‘Dit is volgende week, je hebt volgende week hier een afspraak om deze tijd.’
‘Hahah oh echt? Lekker slim, dan heb ik echt een brilletje nodig dus.’
Ik loop lachend de winkel uit, kijk om me heen en ik zie de motor met Hem erop nog niet. Het is ondertussen 17.50 uur. En mooi weer. Twee winkels verder zie ik een ijsjeszaak, en laat dit meisje nu eens dol zijn op ijsjes! Dus ik haal een ijsje en ga op een bankje zitten waar ik de straat goed kan zien. Niet veel later hoor ik het geronk van zijn motor. Hij ziet me niet en ik zie Hem zijn motor neerzetten.
Ik loop naar hem toe en triomfantelijk duw ik mijn ijsje onder zijn neus.
‘He! Moet jij niet binnen zijn?’, zegt Hij terwijl Hij zijn helm van zijn gezicht afhaalt.
‘Het is 18.00 uur dus de winkel is al gesloten, je bent te laat’, pest ik hem eerst.
‘Is het al 18.00 uur? Dan heb ik er veel langer over gedaan dan ik dacht!’
‘Maar geeft ook niet, want ik heb dus volgende week pas een afspraak’, we lopen naar de gracht en gaan op de stoep zitten, onze benen bungelen naar beneden. En ik vertel het verhaal van het meisje met de lenzen die haar afspraak bij de brillendokter verkeerd had gezien…